zegt…
" Postać Zelfstandig naamwoord jej Voornaamwoord zdradzała Werkwoord pełnię Zelfstandig naamwoord kształtów, dumę Zelfstandig naamwoord i Coördinerende conjunctie pewność siebie ."
Zelfstandig naamwoord
Voornaamwoord
Werkwoord
Zelfstandig naamwoord
Zelfstandig naamwoord
Coördinerende conjunctie
"Haar figuur verraadde de volledige vorm, trots en vertrouwen." " Haar figuur verraadde de volledige vorm , trots en vertrouwen ."
Woorden en zinnen
postać
-
- figure, form (shape of some being)
- character (person of a given personality)
- character (agent within a story)
- character, form (observable form of something)
- (dialectal) head harvester (person in charge of harvesting)
- (dialectal) harvest area
- (obsolete) aspect (grammatical quality of a verb which determines the relationship of the speaker to the internal temporal flow of the event which the verb describes)
- (obsolete) rhetorical device
- (obsolete) position, state
- (obsolete) chunk of mineral limited in some plane
- part (fragment of a whole)
- layer
- appearance, pretending
- The meaning of this term is uncertain.
jej
-
her: possessive pronoun of ona
zdradzała
third-person singular feminine past of zdradzać
pełnię
-
accusative singular of pełnia
dumę
accusative singular of duma
i
-
The twelfth letter of the Polish alphabet, called i and written in the Latin script.
pewność siebie
confidence, self-confidence, self-assurance, self-assuredness (state or quality of being confident in oneself)
siebie
Alternative form of się