zegt…
Woorden en zinnen
Nieuw
de
-
the (definite article, masculine and feminine singular, plural)
Nieuw
sociale
- inflection of sociaal:
- inflection of sociaal:
- inflection of sociaal:
Nieuw
zekerheid
- certainty
- collateral
Nieuw
moet
- inflection of moeten:
- inflection of moeten:
Nieuw
inderdaad
indeed
Nieuw
worden
- to become, to get, to grow, to turn
- Used to form the imperfect tense of the passive voice, together with a past participle.
Nieuw
aangepast
-
- adapted
- modified, edited