zegt…
Al Bijwoord is Extra de Bepaler leugen Zelfstandig naamwoord nog Bijwoord zo Bijwoord snel Bijvoeglijk naamwoord , de Bepaler waarheid Zelfstandig naamwoord achterhaalt Werkwoord hem Voornaamwoord wel Bijwoord .
Bijwoord
Extra
Bepaler
Zelfstandig naamwoord
Bijwoord
Bijwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Bepaler
Zelfstandig naamwoord
Werkwoord
Voornaamwoord
Bijwoord
These are just general guidelines on what to do, but the truth is. These are just general guidelines on what to do, but the truth is.
Woorden en zinnen
al
-
all, all of
is
-
third-person singular present indicative of zijn; is, equals
leugen
a lie
nog
- still, as before
- yet
- more, in addition
- to indicate the time is soon, soon after another event or within the same timespan → as early as, already
- to indicate the time is recent or just before another event → as recently as, as late as, just
de
-
the (definite article, masculine and feminine singular, plural)
achterhaalt
- inflection of achterhalen: ## second/third-person singular present indicative ## (archaic) plural imperative
- inflection of achterhalen: ## second/third-person singular present indicative ## (archaic) plural imperative
hem
- Third-person singular, masculine, objective: him.
- The tagger in a game of tag: it.
snel
-
fast, quick, rapid