pełnię
Betekenis
-
accusative singular of pełnia
Frequentie
Met koppelteken als
peł‧nię
Uitgesproken als (IPA)
/ˈpɛw.ɲɛ/
Nieuw
pełnia
- fullness (state in which nothing is missing)
- apex, apogee (highest degree or intensity)
- full moon (phase of the moon when it is in opposition to the sun and its full disc is therefore visible)
- full moon (moon when it is in opposition to the sun)
- (obsolete) whole number; complete set
- (obsolete) open water (wide, far off water as opposed to water by the shore)
Nieuw
pełnić
to carry out, to fulfil, to perform
Begin met het leren van Pools met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " pełnię " en vele andere woorden en zinnen in Pools .
Ga naar onze Pools cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Zinnen
" Postać jej zdradzała pełnię kształtów, dumę i pewność siebie ."
"Haar figuur verraadde de volledige vorm, trots en vertrouwen."