słyszeć

Betekenis

  1. to hear (to perceive with the ear)
  2. to hear (to find out about by hearing)
  3. to hear each other, to hear one another (to perceive one another with the ears)

Frequentie

B1
Met koppelteken als
sły‧szeć
Uitgesproken als (IPA)
/ˈswɨ.ʂɛt͡ɕ/
Etymologie

Inherited from Old Polish słyszeć.

Markeer dit

Pools

Begin met het leren van Pools met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " słyszeć " en vele andere woorden en zinnen in Pools .

Ga naar onze Pools cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes
Zinnen
" W
 sali  dał   się   słyszeć   szmer  zdumienia."

"Een gemompel van verbazing werd gehoord in de kamer."

Questions