Woordenboek
waard
Betekenis
-
- A innkeeper, a publican.
- A landlord, a host.
- (obsolete) The master of the household; a husband,
- (obsolete) A protector, a lord.
Uitgesproken als (IPA)
/ʋaːrt/
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " waard " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspaginaZinnen
Eigen haard is goud waard .
Your own fireplace is worth its weight in gold.