merken
Betekenis (Engels)
-
- to mark
- to notice
Concepten
merken
bemerken
waarnemen
tekenen
aangeven
opmerken
aanduiden
ontwaren
een teken geven
kenmerken
bespeuren
gewaar worden
vernemen
aanwijzen
kiezen
laten zien
tentoonspreiden
tonen
uitduiden
uitkiezen
uitlezen
uitpikken
uitwijzen
uitzoeken
verkiezen
vertonen
wijzen
in de smiezen krijgen
in het oog krijgen
brandmerken
aantekenen
noteren
ondervinden
voelen
gewaarworden
onderscheiden
ontdekken
aangrijpen
beetkrijgen
beetnemen
bemachtigen
confisqueren
grijpen
halen
in beslag nemen
inslaan
konfiskeren
pakken
raken
teisteren
treffen
vangen
vastgrijpen
vastpakken
vatten
verbeurd verklaren
stempelen
van een merk voorzien
scoren
innen
begrijpen
aanmerken
bepalen
definiëren
omschrijven
opschrijven
bespieden
aanschouwen
beschouwen
gadeslaan
zien
Frequentie
Etymologie (Engels)
From Middle Dutch merken, from Old Dutch merken, from Proto-West Germanic *marikjan, from Proto-Germanic *markijaną.
merk
-
- (neuter) mark
- (neuter) logo
- (neuter) brand
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " merken " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspagina