mager

Betekenis (Engels)

  1. lean, (nearly) without fat
  2. meager, skinny, thin
  3. poor, pitiful, skim
  4. low-fat
  5. infertile (said of soil); weak

Frequentie

C1
Met koppelteken als
ma‧ger
Uitgesproken als (IPA)
/ˈmaː.ɣər/
Etymologie (Engels)

In summary

From Middle Dutch mager, from Old Dutch *magar, from Proto-Germanic *magraz, from Proto-Indo-European *mh₂ḱrós. Cognate with German, Danish, and Swedish mager, etc., and with Latin macer, Italian magro and English meager through Indo-European.

Voeg dit toe aan je bladwijzers

Verbeter je uitspraak

Nederlands

Begin met het leren Nederlands met learnfeliz .

Oefen met het spreken en memoriseren van " mager " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .

Ga naar onze Nederlands

Notes

Sign in to write sticky notes
Doorgaan