hond

🐕
Betekenis

  1. (masculine) dog (Canis lupus familiaris)
  2. (derogatory,masculine) A derogatory term for a human; a reprehensible person

Frequentie

A2
Uitgesproken als (IPA)
/ɦɔnt/
Etymologie

From Middle Dutch hont, from Old Dutch hunt, from Proto-West Germanic *hund, from Proto-Germanic *hundaz, from Proto-Indo-European *ḱwn̥tós, from *ḱwṓ. Cognate to German Hund, English hound.

Related words
Nederlands

Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " hond " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .

Ga naar onze Nederlands cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes

Questions