baan
Betekenis (Engels)
-
- (feminine) a road, way, path
- (feminine) a track, lane
- (feminine) a job, professional occupation
- (feminine) orbit (path of one object around another)
- (feminine) a job (task, or series of tasks, carried out in batch mode)
- (feminine) court, field (place for playing sports or games, in particular non-team ball games)
Synoniemen
werkkring
eenbaansweg
voorraadkamer
provisiekamer
provisiekast
rijvak
ruimheid
uitgebreidheid
uitgestrektheid
usance
verkeersweg
wegeltje
gewenning
autostrada
vormlijkheid
omloopsbaan
aanwensel
bedrijvigheid
eetservies
emplooi
geleding
grote weg
kogelbaan
lokaliteit
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/baːn/
Etymologie (Engels)
From Middle Dutch bāne, from Old Dutch *bana, from Proto-West Germanic *banu, from Proto-Germanic *banō. Compare German Bahn.
Related words
Nieuw
banen
-
to make way, to clear
'%3e%3c/path%3e%3c/g%3e%3cdefs%3e%3cmarker%20markerWidth='4.5'%20markerHeight='4.5'%20refX='2.25'%20refY='2.25'%20viewBox='0%200%204.5%204.5'%20orient='auto'%20id='SvgjsMarker4023'%3e%3cpolygon%20points='0,4.5%201.5,2.25%200,0%204.5,2.25'%20fill='white'%3e%3c/polygon%3e%3c/marker%3e%3c/defs%3e%3c/svg%3e)
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " baan " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Zinnen
Questions
