équiper

Betekenis (Engels)

  1. to supply
  2. to equip

Concepten

uitrusten

toerusten

uitvoeren

installeren

voorzien

klaar maken

uitdossen

Frequentie

25k
Uitgesproken als (IPA)
/e.ki.pe/
Etymologie (Engels)

Inherited from Middle French esquiper, from Old French esquiper, eschiper (“to board a ship, set sail”), partly from Old English sċipian (“to board a ship, set sail”) and partly from Old Norse skipa (“to arrange, prepare a ship, equip”); both from Proto-Germanic *skipōną (“to ship, sail, embark”), from Proto-Germanic *skipą (“ship”). More at ship.

Markeer dit

Verbeter je uitspraak

Frans

Begin met het leren van Frans met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " équiper " en vele andere woorden en zinnen in Frans .

Ga naar onze Frans cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes

Questions