débuter
Betekenis
- to start
- to debut, to make one's debut
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/de.by.te/
Etymologie
Inherited from Middle French, from dé- + but (“mark, goal”), from Old French but (“aim, goal, end, target”), of Germanic origin, either via Old French butte (“mound, knoll, target”) from Frankish *but (“stump, log”), or from Old Norse bútr (“log, stump, butt”); both from Proto-Germanic *butą (“end, piece”), from Proto-Indo-European *bʰÀud- (“to beat, push”). Cognate with Old English butt (“tree stump”). More at English butt.
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Frans met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " débuter " en vele andere woorden en zinnen in Frans .
Ga naar onze Frans cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Zinnen
La Constitution prévoit que chaque session législative doit débuter le deuxième 2nd lundi de janvier .
2nd
De grondwet bepaalt dat elke wetgevende sessie de tweede maandag in januari moet beginnen.