arreglar

Betekenis (Engels)

1. to fix, to repair, to mend
2. to settle, to sort, to sort out, to patch up, to solve
3. to straighten out, to fix up, to tidy, to tidy up, to clean up
4. to arrange
5. to adjust
6. (reflexive) to get ready
7. (reflexive) to get by, to make do, to manage
8. (pronominal) to work out, to straighten out

Concepten

repareren

herstellen

maken

verhelpen

verstellen

ordenen

regelen

opruimen

aanpassen

aanrichten

arrangeren

overdoen

overmaken

restaureren

inrichten

ruimen

schikken

weer goed maken

accommoderen

weer op de troon brengen

de weg wijzen

geleiden

leiden

reglementeren

reguleren

rondleiden

stemmen

terechtbrengen

vereffenen

verwijderen

decoreren

afspreken

overeenkomen

organiseren

Met koppelteken als

a‧rre‧glar

Uitgesproken als (IPA)

/areˈɡlaɾ/

Etymologie (Engels)

From a- + regla + -ar.