zoom

Betekenis (Engels)

Frequentie

C1
Uitgesproken als (IPA)
/zuːm/
Etymologie (Engels)

Uncertain. The verb was attested in 1892, noun in 1918 and interjection in 1942. Apparently related to Scots soom (“to buzz, hum”), dialectal English and Scots soom, swoom, sweem (“to spin or twirl at high speed”). Compare also dialectal English sweem (“to swoon, become dizzy or faint”).

Markeer dit

Verbeter je uitspraak

Schrijf dit woord

Engels

Begin met het leren van Engels met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " zoom " en vele andere woorden en zinnen in Engels .

Ga naar onze Engels cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes

Questions