love
Betekenis (Engels)
-
- A deep caring for the existence of another.
- Strong affection.
- Strong affection.
- Strong affection.
- Strong affection.
- A person who is the object of romantic feelings; a darling, a sweetheart, a beloved.
- (colloquial) A term of friendly address, regardless of feelings.
- A thing, activity, etc. which is the object of one's deep liking or enthusiasm.
- Sexual desire; attachment based on sexual attraction.
- Sexual activity.
- An instance or episode of being in love; a love affair.
- Used as the closing, before the signature, of a letter, especially between good friends or family members, or by the young.
- Alternative letter-case form of Love (“personification of love”).
- (obsolete) A thin silk material.
- A climbing plant, Clematis vitalba.
Concepten
liefde
houden van
liefhebben
beminnen
schat
hechten aan
mogen
waarderen
genegenheid
vrijen
affectie
min
achten
achting hebben voor
achting toedragen
begroten
hoogachten
schatten
taxeren
verliefdheid
gek zijn op
lieveling
geliefde
nul
seksuele hartstocht
duurte
dol zijn op
kostbaarheid
houden
minne
beminde
willen
bagatel
beuzelarij
futiliteit
kleinigheid
sex
sexuele hartstocht
wissewasje
verzot zijn op
dol zijn op
gek zijn op
verzot zijn op
de liefde bedrijven
graag zien
smachten naar
gedijen
liefs
liefje
liefkozen
liefste
minnares
minnen
schatje
schattebout
sweetie
delicaatheid
fijnheid
toegewijdheid
emotie
gehechtheid
innigheid
toewijding
minnaar
vriendin
vrijster
batsen
coïteren
kieren
liefde bedrijven
naaien
neuken
palen
penetreren
poepen
pompen
seks hebben
verneuken
vogelen
verliefd worden
aanstaan
aanbidden
adoreren
verafgoden
trek hebben in
genieten
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/lʌv/
Etymologie (Engels)
From Middle English love, luve, from Old English lufu, from Proto-West Germanic *lubu, from Proto-Germanic *lubō, from Proto-Indo-European *lewbʰ- (“love, care, desire”). The close of a letter sense is presumably a truncation of With love or the like. The verb is from Middle English loven, luvien, from Old English lufian (“to love”), from Proto-West Germanic *lubōn (“to love”), derived from the noun. Eclipsed non-native English amour (“love”), borrowed from French amour (“love”). Cognates include Russian любовь (ljubovʹ), Latin libido (“desire, lust”), Polish lubić and Sanskrit लोभ (lobha, “desire, greed”).
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Engels met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " love " en vele andere woorden en zinnen in Engels .
Ga naar onze Engels cursuspagina
Notes