faculty
Betekenis (Engels)
- The academic staff at schools, colleges, universities or not-for-profit research institutes, as opposed to the students or support staff.
- A division of a university.
- an ability, power, or skill.
- An authority, power, or privilege conferred by a higher authority.
- A licence to make alterations to a church.
- The members of a profession.
Concepten
vermogen
faculteit
gave
talent
bekwaamheid
aanleg
begaafdheid
competentie
kundigheid
capaciteit
vaardigheid
bedrevenheid
behendigheid
geschiktheid
habiliteit
handigheid
vernuft
zintuigen
divisie
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/ˈfæ.kəl.ti/
Etymologie (Engels)
From Middle English faculte (“power, property”), from Old French faculte, from Latin facultas (“capability, ability, skill, abundance, plenty, stock, goods, property; in Medieval Latin also a body of teachers”), another form of facilitas (“easiness, facility, etc.”), from facul, another form of facilis (“easy, facile”); see facile. Doublet of facility.
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Engels met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " faculty " en vele andere woorden en zinnen in Engels .
Ga naar onze Engels cursuspagina