augment

Betekenis (Engels)

Verb

1. To increase; to make larger or supplement.
2. To grow; to increase; to become greater.
3. To slow the tempo or meter, e.g. for a dramatic or stately passage.
4. To increase an interval, especially the largest interval in a triad, by a half step (chromatic semitone).
5. To add an augment to.

Noun

1. A grammatical prefix
2. A grammatical prefix
3. A grammatical prefix
4. An increase.

Concepten

vergroten

uitbreiden

verhogen

toenemen

uitbouwen

aangroeien

groeien

stijgen

vermeerderen

afwikkelen

besmeren

doorsmeren

ontrollen

ontvouwen

ophouden

rekken

smeren

spreiden

strekken

uitrollen

uitspreiden

uitsteken

uitstrekken

verdunnen

versnijden

verwateren

aanwassen

gedijen

meer gaan betalen

opslag geven

wassen

oprekken

uitleggen

verruimen

verwijden

aandikken

dik worden

verdikken

zich verdikken

nasynchroniseren

verdubbelen

augment

aanvullen

vermeerdering

ophogen

zwellen

Met koppelteken als

aug‧ment

Uitgesproken als (IPA)

/ɔːɡˈmɛnt/

Etymologie (Engels)

From Middle English augmenten, from Middle French augmenter, from Old French augmenter, from Late Latin augmentare (“to increase”), from Latin augmentum (“an increase, growth”), from augere (“to increase”).