fügen
Betekenis (Engels)
- (weak) to join
- (weak) to add
- (weak) to ordain
- (reflexive,weak) to submit, to comply
Concepten
verenigen
aaneenvoegen
samenbrengen
bijeenbrengen
gelegen komen
passen
voegen
verbinden
betamem
schikken
uitkomen
koppelen
aaneenschakelen
afstellen
bijdoen
bijeenbinden
bijeenvoegen
bijmengen
bijvoegen
ineenzetten
instellen
passend maken
samenbinden
samenstellen
toegeven
toevoegen
verstellen
bijeenbrengen
betamen
assembleren
in elkaar zetten
Synoniemen
vereinigen
gesellen
behagen
geziemen
ziemen
verbinden
abfinden
einrücken
kuppeln
einigen
addieren
anfügen
beifügen
beilegen
ergänzen
hinzufügen
hinzusetzen
hinzutun
verknüpfen
zufügen
zugeben
akzeptieren
arrangieren mit
bescheiden
ergeben in
ertragen
gleichmütig ertragen
hinnehmen
in sein Schicksal ergeben
keinen Aufstand machen
kleiner setzen
schicken
schlucken
über sich ergehen lassen
Einsehen haben
Kopf einziehen
Rückzieher machen
beugen
den Schwanz einziehen
ducken
einknicken
einlenken
einsichtig zeigen
kein Rückgrat haben
klein beigeben
kleine Brötchen backen
kuschen
nachgeben
weichen
zu Kreuze kriechen
zurückrudern
zurückweichen
falten
falzen
knicken
kniffen
verzahnen
aufbauen
bilden
einrichten
errichten
erzeugen
zusammentun
zurechtmachen
zusammenbauen
zusammengetan
zusammensetzen
zusammenstecken
Frequentie
Met koppelteken als
fü‧gen
Uitgesproken als (IPA)
/ˈfyːɡŋ̩/
Etymologie (Engels)
From Middle High German füegen, fuogen, from Old High German fuogen, from Proto-West Germanic *fōgijan, from Proto-Germanic *fōgijaną, from Proto-Indo-European *peh₂ḱ- (“to join, attach”). Cognate with Dutch voegen and dated English fay, which is related to English fair. Also distantly related to English peace and pact through Latin.
Markeer dit
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Duits met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " fügen " en vele andere woorden en zinnen in Duits .
Ga naar onze Duits cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Questions