drehen

Betekenis (Engels)

1. (transitive,weak) to turn
2. (reflexive,weak) to turn (one’s body), turn around
3. (transitive,weak) to roll, twist, make something revolve, rotate
4. (reflexive,weak) to revolve, rotate, spin
5. (reflexive,weak) to concern, to revolve around
6. (intransitive,transitive,weak) to shoot
7. (intransitive,transitive,weak) to roll
8. (intransitive,weak) to make a u-turn, turn around
9. (intransitive,weak) to let go of the handle while shooting, causing the pole to spin
10. (weak) to shape with a lathe

Concepten

draaien

ronddraaien

wentelen

omdraaien

keren

wenden

verdraaien

zwenken

verbuigen

wringen

vertrekken

verwringen

twijnen

rondwentelen

aandoen

aandraaien

aansteken

inschakelen

schakelen

heruitzenden

mengen

mixen

omkeren

retourneren

temperen

terugbezorgen

terugsturen

terugwijzen

vermengen

verwarren

wassen

twijnen

afslaan

roteren

afbreken

loswringen

spartelen

zich aftobben

teruggaan

terugkeren

terugkomen

roeren

Uitgesproken als (IPA)

/ˈdʁeː(ə)n/

Etymologie (Engels)

From Middle High German dræjen, dræhen, from Old High German drāen (akin to Old Saxon thrāian), from Proto-West Germanic *þrāan, from Proto-Germanic *þrēaną. Cognate with Bavarian drahn, Dutch draaien and English throw.

Zinnen

In der Schule drehen wir gerade einen Film zum Thema Zivilcourage .

Op school maken we momenteel een film over civiele moed.