C1

gestürzt

Betekenis

past participle of stürzen (“overturned”)

Nieuw
stürzen

  1. to fall down, to drop, to tumble
  2. to dash, to rush, to sprint to something
  3. to drop off steeply
  4. to throw, to hurl
  5. to upturn
  6. to overthrow, to oust, to dethrone
  7. (colloquial) to plunge, to dive, to throw oneself [with auf (+ accusative) ‘into something’]

Duits

Begin met het leren van Duits met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " gestürzt " en vele andere woorden en zinnen in Duits .

Ga naar onze Duits cursuspagina

Comments