zegt…
— Masz Werkwoord rację Zelfstandig naamwoord ; w Adpositie chwili Zelfstandig naamwoord gdy Bijwoord usłyszałam dźwięk 🔉 Zelfstandig naamwoord jego Voornaamwoord głosu Zelfstandig naamwoord , złudzenie Zelfstandig naamwoord prysło.
Werkwoord
Zelfstandig naamwoord
Adpositie
Zelfstandig naamwoord
Bijwoord
🔉
Zelfstandig naamwoord
Voornaamwoord
Zelfstandig naamwoord
Zelfstandig naamwoord
- Je hebt gelijk; Op het moment dat ik het geluid van zijn stem hoorde, was de illusie gebroken. - Je hebt gelijk; Op het moment dat ik het geluid van zijn stem hoorde , was de illusie gebroken .
Woorden en zinnen
Nieuw
masz
-
here you are (used when handing someone something)
Nieuw
rację
accusative singular of racja
Nieuw
chwili
genitive/dative/locative singular of chwila
Nieuw
gdy
- when, as
- if
- whereas
- when; Further details are uncertain.
Nieuw
usłyszałam
first-person singular feminine past of usłyszeć
🔉
Nieuw
dźwięk
sound (sensation perceived by the ear)
Nieuw
jego
- his: possessive pronoun of on
- its: possessive pronoun of ono
Nieuw
głosu
genitive singular of głos
