zegt…
Biały Bijvoeglijk naamwoord Kieł Zelfstandig naamwoord poznał Werkwoord szybko Bijwoord zwyczaje obozu Zelfstandig naamwoord . Poznał Werkwoord łapczywość Zelfstandig naamwoord i Coördinerende conjunctie niesprawiedliwość
Bijvoeglijk naamwoord
Zelfstandig naamwoord
Werkwoord
Bijwoord
Zelfstandig naamwoord
Werkwoord
Zelfstandig naamwoord
Coördinerende conjunctie
White Fang leerde snel de gewoonten van het kamp. Hij leerde de hebzucht en onrecht kennen White Fang leerde snel de gewoonten van het kamp . Hij leerde de hebzucht en onrecht kennen
Woorden en zinnen
Biały
a surname
kieł
- fang, canine tooth, cuspid
- (informal) tusk
szybko
-
- quickly, rapidly, fast, swiftly (at a speed covering a given distance in less time than usual)
- quickly, rapidly, fast, swiftly (in a way such that a given action takes less time than usual)
- quickly, rapidly, fast, swiftly (in a way that elements of something follow one another more often than usual)
- soon; quickly (in a way that something happens within a short time elapsed from a known moment)
obozu
genitive singular of obóz
poznał
third-person singular masculine past of poznać
łapczywość
greed, ravenous hunger, voraciousness
i
-
The twelfth letter of the Polish alphabet, called i and written in the Latin script.