zegt…
Woorden en zinnen
Nieuw
dat
-
that (neuter); referring to a thing or a person further away.
Nieuw
lijkt
- inflection of lijken:
- inflection of lijken:
Nieuw
me
objective unstressed form of ik (“I”)
🚫
Nieuw
niet
-
Not, no: used to express negation.
Nieuw
de
-
the (definite article, masculine and feminine singular, plural)
Nieuw
juiste
- inflection of juist:
- inflection of juist:
- inflection of juist:
Nieuw
weg
-
- way, road
- manner, way (figuratively)