mis

Betekenis (English)

Noun

mass (service in a Catholic church)

Adj

1. (not-comparable, predicative) wrong
2. (not-comparable, predicative) missed, not a hit

Verb

1. (first-person, form-of, indicative, present, singular) inflection of missen:
2. (form-of, indicative, present, second-person, singular) inflection of missen:
3. (form-of, imperative) inflection of missen:

Synonyms

verkeerd

fout

onjuist

misdienst

gebedsdienst

kerkdienst

eucharistieviering

godsdienstoefening

dienst

Uitgesproken als (IPA)

/mɪs/

Etymologie (English)

Inherited from Middelnederlands: misse

Inherited from Middelnederlands: mis

Inherited from Old Dutch: *missa

In summary

From Middle Dutch misse, from Latin missa.

Zinnen

Hier lijkt iets mis te gaan , en dat wil ik onder de aandacht brengen .

Something seems to be going wrong here, and it is to that that I wish to draw attention.

De pastoor vertelde een mooi verhaal in zijn mis .

The pastor told a beautiful story in his Mass.

Volgens de boordcomputer is er iets mis met mijn bandenspanning.

According to the on-board computer, something is wrong with my tire pressure.