been
Betekenis (Engels)
-
- (neuter) leg, limb of a person, horse (other animals' would have poten) and certain objects (again many have poten)
- (neuter) side, leg
- (neuter) the upper part of a sock, above the ankle
Concepten
been
bot
poot
knook
graat
knok
schonk
onderbeen
passerbeen
voet
ledemaat
hand
knekel
ondersteuning
steun
stut
arm
beenweefsel
extremiteit
lidmaat
stelt
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/be藧n/
Etymologie (Engels)
From Middle Dutch b锚en, from Old Dutch b膿n, from Proto-West Germanic *bain, from Proto-Germanic *bain膮.
Nieuw
benen
-
made of bone
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " been " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspagina
Notes