ficcanaso

Betekenis (Engels)

Noun

1. (masculine) busybody
2. (masculine) nosey parker
3. (masculine) snooper
4. (masculine) rubberneck, rubbernecker

Verb

first-person singular present indicative of ficcanasare

Concepten

bemoeial

curieus

nieuwsgierig

nieuwsgierig Aagje

moeial

Synoniemen

impiccione

armeggione

curioso

indiscreto

intrigante

piducchjinu

invadente

mettibocca

faccendiere

misticone

Vertalingen

fouineur

touche-à-tout

busybody

metiche

snooper

indiscret

snuffler

dicks

fureteur

fouinard

mêle-tout

fouine

Wichtigtuer

meddler

Schnüffler

Met koppelteken als

fic‧ca‧nà‧so

Uitgesproken als (IPA)

/ˌfik.kaˈna.zo/

Etymologie (Engels)

Verb-object compound, composed of ficca (“to shove in”) + naso (“nose”).