concurrent

Betekenis (Engels)

Adj

1. concurrent, simultaneous
2. competitive, in competition

Noun

competitor (person against whom one is competing)

Concepten

concurrent

mededinger

rivaal

tegenstander

uitdager

vijand

concurent

concurrentie

deelnemer

gelijktijdig

opponent

Synoniemen

rival

adversaire

compétiteur

compétitrice

challengeur

concurrence

ennemi

participant

challenger

joueur

chalengeur

opposant

athlète

rivalité

l’équipe

les joueurs

antagoniste

competiteur

Vertalingen

competitor

rival

competidor

concorrente

rakip

rivale

competidor

contender

concorrente

contestant

competitore

adversário

sfidante

rival

Konkurrent

Uitgesproken als (IPA)

/kɔ̃.ky.ʁɑ̃/

Etymologie (Engels)

Overgenomen van Latijn: concurrēns

In summary

Inherited from Latin concurrentem, present active participle of concurrō (“happen at the same time”), from con- (“with”) + currō (“run”).