vacío

Betekenis (Engels)

Adj

empty, vacant

Noun

1. (masculine) vacuum, void
2. (masculine) empty space; gap

Verb

first-person singular present indicative of vaciar

vaciar

to empty

Lees verder

Concepten

leeg

vacuüm

ledig

leegte

loos

niets

hol

🕳️

lens

vacant

vacuum

geledigd

lacune

behoeftig

leemte

🕳️

berooid

hiaat

nooddruftig

onbezet

opengevallen

opening

spatie

Tegenovergesteld aan

lleno

Synoniemen

hueco

desocupado

vacía

vacuo

faltante

fofo

ausente

laguna

vaciado

espacio de cabeza

deshinchado

desinflado

futilidad

insignificancia

insustancial

magro

menudo

vaciarse

desprovisto de ideas

mal crecido

blanco

espacio

indigente

inútil

menesteroso

necesitado

pobre

vanidad

vano

Vertalingen

vide

vuoto

empty

leer

vazio

buit

vacuum

Vakuum

vácuo

κενό

hollow

vacuum

emptiness

blank

Met koppelteken als

va‧cí‧o

Uitgesproken als (IPA)

/baˈθio/

Etymologie (Engels)

Overgenomen van Old Spanish: vazio

Overgenomen van Latijn: vacīvus

In summary

Inherited from Old Spanish vazio, bazio, from Latin vacīvus, from vacō (“to be empty”).