costumbre

Betekenis (Engels)

1. (feminine) habit
2. (feminine) custom, tradition

Concepten

gewoonte

gebruik

usance

traditie

gewenning

aanwensel

hebbelijkheid

zede

inzet

toepassing

praktijk

werk

benutting

aanwending

gedragspatroon

baan

🛣️

bediening

behandeling

conventie

gebruiken

hantering

manier

manieren

nut

overlevering

Synoniemen

hábito

uso

tradición

rutina

empleo

utilización

adicción

deshecho

desperdicio

habituación

habitud

norma

ocupación

tradicion

usanza

utilizacion

residuo inservible

convención

chanse

práctica

raigambre

rito

trabajo

vicio

Met koppelteken als

cos‧tum‧bre

Geslacht

♀️ Vrouwelijk

Uitgesproken als (IPA)

/kosˈtumbɾe/

Etymologie (Engels)

Inherited from Old Spanish costumne, from Latin cōnsuētūdinem. Doublet of consuetud, which was borrowed.

Zinnen

Se trata de un plato muy unido a la costumbre culinaria de Estrasburgo .

Het is een gerecht heel dicht bij de culinaire gewoonte van Straatsburg.