ledger
Betekenis (Engels)
Concepten
Synoniemen
Vertalingen
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/ˈlɛd͡ʒə/
Etymologie (Engels)
In summary
From Middle English liggere, ligger, leger (“large breviary; beam, plank; dweller, inhabitant”), from liggen, leggen, variants of līen (“to lie down; to bow, kneel, prostrate; to die; to be located (somewhere); to remain in place, stay”), from Old English liċġan (“to lie down; to be situated”), ultimately from Proto-Indo-European *legʰ- (“to lie down”). The word is cognate with Saterland Frisian Lägger (“floor board, joist, plank”), West Frisian lêger (“beam, plank”), Dutch legger (“daybook; layer”) (from leggen (“to lay”), liggen (“to lie down”)), and is related to English ledge, lie (“to be prostrate”). The verb is derived from the noun.
Notes
Sign in to write sticky notes
Begin met het leren Engels met learnfeliz .
Oefen met het spreken en memoriseren van " ledger " en vele andere woorden en zinnen in Engels .