knowledge
Betekenis (Engels)
-
- The fact of knowing about something; general understanding or familiarity with a subject, place, situation etc.
- Awareness of a particular fact or situation; a state of having been informed or made aware of something.
- Intellectual understanding; the state of appreciating truth or information.
- Familiarity or understanding of a particular skill, branch of learning etc.
- Justified true belief
- Sexual intimacy or intercourse (now usually in phrase carnal knowledge).
- (obsolete) Information or intelligence about something; notice.
- The total of what is known; all information and products of learning.
- Something that can be known; a branch of learning; a piece of information; a science.
- (obsolete) Acknowledgement.
- (obsolete) Notice, awareness.
- (informal) The deep familiarity with certain routes and places of interest required by taxicab drivers working in London, England.
Concepten
kennis
weten
kunde
medeweten
bekendheid
verstand
wetenschap
besef
bewustzijn
bezinning
bekende
kennen
kenvermogen
relatie
eruditie
geleerdheid
informatie
cultuur
intelligentie
cognitie
perceptie
bericht
belezenheid
kennisbank
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/ˈnɒlɪd͡ʒ/
Etymologie (Engels)
From Middle English knowleche, knaweleche, cnawlece (“knowledge”), from knowen (“to know, recognise”) + -leche. Related to Middle English knowlechen (“to find out, acknowledge”). For more on the Middle English suffix -leche, compare freelage. Compare also Old English cnāwelǣċ, cnāwelǣċing (“acknowledging, acknowledgement”).
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Engels met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " knowledge " en vele andere woorden en zinnen in Engels .
Ga naar onze Engels cursuspagina
Notes