decline

Betekenis (Engels)

Noun

1. Downward movement, fall.
2. A sloping downward, e.g. of a hill or road.
3. A deterioration of condition; a weakening or worsening.
4. A reduction or diminution of activity, prevalence or quantity.
5. The act of declining or refusing something.

Verb

1. To move downwards, to fall, to drop.
2. To become weaker or worse.
3. To bend downward; to bring down; to depress; to cause to bend, or fall.
4. To cause to decrease or diminish.
5. To turn or bend aside; to deviate; to stray; to withdraw.
6. To choose not to do something; refuse, forbear, refrain.
7. To inflect for case, number, gender, and the like.
8. To recite all the different declined forms of (a word): to recite its declension.
9. To run through from first to last; to recite in order as though declining a noun.
10. To reject a penalty against the opposing team, usually because the result of accepting it would benefit the non-penalized team less than the preceding play.

Concepten

weigeren

afname

afwijzen

verwerpen

afslaan

terugval

verval

achteruitgaan

afkeuren

nee zeggen tegen

terugwijzen

vertikken

wraken

vermindering

afnemen

achteruitgang

heruitzenden

retourneren

terugbezorgen

terugsturen

verdringen

vervallen

afslag

daling

inkrimping

korting

reductie

verlaging

dalen

verbuigen

braken

kotsen

ontzenuwen

overgeven

spugen

terugdringen

vergooien

weerleggen

weggooien

wegwerpen

weren

verdrijven

afstoten

ciseleren

het oneens zijn

uitdrijven

verduwen

verjagen

wegdrijven

wegdringen

wegduwen

wegjagen

wegstoten

verminderen

kleiner worden

ondergang

helling

verzwakking

glooiing

vomeren

mislukken

verloop

verslechteren

tegenlopen

teruggang

buigen

onthouden

zich … van

de dieperik in

verlopen

terugvallen

afzwakken

verzwakken

afdalen

afneming

aftakeling

bedanken

bedanken voor

bederven

eb

ebbe

ebben

neigen

prijsdaling

prijsverlaging

zich verlagen

zinken

degeneratie

inclinatie

klim

spleetoog

steilte

inkoken

inkorten

reduceren

verlagen

verachten

ontkennen

Met koppelteken als

de‧cline

Uitgesproken als (IPA)

/dɪˈklaɪn/

Etymologie (Engels)

From Middle English declinen, and ultimately Latin declīnō (“to bend, turn aside, deflect, inflect, decline”, from de (“down”) + clīnō (“I bend, I incline”)), from Proto-Indo-European *ḱley- (English lean). The senses arrived from two separate pathways in Middle English:
* The grammatical sense came from Old English declīnian, which was borrowed directly from the Latin etymon.
* All senses except the grammatical sense were derived from those of Old French decliner. Old French itself borrowed the verb from Latin.

Zinnen

In them she shares her discouragement at her physical decline and progressive blindness .

In hen deelt ze haar ontmoediging over haar fysieke achteruitgang en progressieve blindheid.