bun

Betekenis

Frequentie

C1
Uitgesproken als (IPA)
/bʌn/
Etymologie

From Middle English bunne (“wheat cake, bun”), from Anglo-Norman bugne (“bump on the head; fritter”), from Old French bugne (hence French beignet), from Frankish *bungjo (“little clump”), diminutive of *bungu (“lump, clump”), from Proto-Germanic *bungô, *bunkô (“clump, lump, heap, crowd”), from Proto-Indo-European *bʰenǵʰ- (“thick, dense, fat”). Cognate with Dutch bonk (“clump, clot, cluster of fruits”). More at bunch.

Engels

Begin met het leren van Engels met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " bun " en vele andere woorden en zinnen in Engels .

Ga naar onze Engels cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes
Zinnen

Questions