A1

werden

Betekenis

  1. will; to be going (to do something); forms the future tense
  2. would; forms the subjunctive tense of most verbs
  3. to be done; forms the passive voice
  4. to become; to get; to grow; to turn
  5. to begin or come to feel or experience (a condition)
  6. (colloquial) to be, to happen, to occur (in the future)
  7. (colloquial) to be going to work

Uitgesproken als (IPA)
/ˈveːʁdən/

Duits

Begin met het leren van Duits met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " werden " en vele andere woorden en zinnen in Duits .

Ga naar onze Duits cursuspagina

Comments