beibringen

Betekenis (Engels)

1. (ditransitive,irregular,weak) to teach
2. (ditransitive,irregular,weak) to break (news, information) carefully to
3. (ditransitive,irregular,weak) to inflict on, inflict with
4. (formal,irregular,transitive,weak) to bring, to provide as evidence

Concepten

verklaren

aanleren

leren

lesgeven

onderwijzen

mededelen

melden

vertellen

aangeven

aanwijzen

aanbrengen

aandragen

brengen

geven

manifesteren

tentoonstellen

instrueren

berichten

kond

meedelen

verklikken

aankondigen

bekendmaken

inlichten

op de hoogte stellen

showen

voor doen

voordoen

toelichten

uiteenzetten

uitleggen

verhelderen

vertolken

weergeven

bewijzen

laten zien

tonen

uitdrukken

spreken

verhalen

zeggen

Uitgesproken als (IPA)

/ˈbaɪ̯ˌbʁɪŋən/

Etymologie (Engels)

bei- + bringen.

Zinnen

Sie soll ihr aber auch Chinesisch beibringen , was Vicky aber nicht beherrscht .

Maar ze moet ook haar Chinezen leren, die Vicky niet beheerst.