zegt…
Woorden en zinnen
Nieuw
dit
-
this (neuter); referring to a thing or a person closer by.
Nieuw
de
-
the (definite article, masculine and feminine singular, plural)
1st
Nieuw
eerste
first
⌚
Nieuw
keer
-
- time (occasion, instance)
- reversion, reversal, turn
Nieuw
dat
-
that (neuter); referring to a thing or a person further away.
Nieuw
hij
Third-person singular, masculine, subjective: he.
Nieuw
ooit
- sometime (in the future), someday, at some point
- ever
- once (in the past)
- of all time, ever
Nieuw
flauwgevallen
past participle of flauwvallen