berouw

Mane (Îngilîzî)

Noun

1. (neuter,uncountable) remorse
2. (neuter,uncountable) regret

Verb

1. (first-person,form-of,indicative,present,singular) inflection of berouwen:
2. (form-of,indicative,present,second-person,singular) inflection of berouwen:
3. (form-of,imperative) inflection of berouwen:

Sînonîm

spijt

wroeging

inkeer

schuldbesef

boetvaardigheid

leed

verdriet

zelfverwijt

gewetenswroeging

berouwvol

penitentie

rouwvol

met

Binavkirî wek

be‧rouw

Wekî (IPA) tê gotin

/bəˈrɑu̯/

Etîmolojî (Îngilîzî)

From Middle Dutch berouwe. Equivalent to a deverbal from berouwen.