uitbreiden

Signification (Anglais)

1. to extend, to expand
2. (figuratively) to escalate, to become more serious

Concepts

étendre

agrandir

augmenter

accroître

amplifier

élargir

étaler

agrander

développer

augmenter l’intervalle

élargir le mouvement

s'étendre

améliorer

déployer

diffuser

distendre

éparpiller

répandre

s’agrandir

accroïtre

Synonymes

vergroten

uitstrekken

uitbouwen

rekken

uitsteken

ophouden

spreiden

strekken

uitspreiden

ontvouwen

toenemen

smeren

verdunnen

verhogen

verruimen

versnijden

verwateren

besmeren

afwikkelen

ontrollen

doorsmeren

uitrollen

vermeerderen

verwijden

breder maken

verspreiden

uitvergroten

aanwassen

gedijen

groeien

opentrekken

openzetten

oprekken

stijgen

strooien

uitleggen

verbeteren

verbreiden

wassen

🧽

zich uitbreiden

meer gaan betalen

opslag geven

openleggen

verbreden

bijleggen

doen toenemen

aangroeien

Étymologie (Anglais)

From uit (“out”) + breed (“broad”) + -en.