bekennen

Signification (Anglais)

1. (transitive) to acknowledge, confess
2. (transitive) to see, to make out, to discern
3. (euphemistic,transitive) to have sex, to know, have carnal knowledge

Concepts

avouer

confesser

reconnaître

admettre

accorder

convenir (de)

déclarer

professer

se confesser (de)

faire des aveux

reconnaitre

Synonymes

toegeven

erkennen

biechten

een bekentenis afleggen

opbiechten

de biecht afnemen

onderkennen

berouw hebben

Coupé comme

be‧ken‧nen

Prononcé comme (IPA)

/bəˈkɛnə(n)/

Étymologie (Anglais)

From Middle Dutch bekennen, from Old Dutch bikennen. Equivalent to be- + kennen.

Phrases

Na ettelijke uren rondgezworven te hebben moesten ze toch bekennen dat ze verdwaald waren .

Après avoir erré pendant plusieurs heures, ils ont encore dû admettre qu'ils étaient perdus.