internet

Significado (Inglés)

Noun

Internet (specific internet consisting of the global network of computers)

Verb

1. (first-person,form-of,indicative,present,second-person,singular,third-person) inflection of internetten:
2. (form-of,imperative) inflection of internetten:

Conceptos

Internet

internet

🌐

ciberespacio

Red

Sinónimos

Internet

internetwerk

netwerk van computernetwerken

Con guión como

in‧ter‧net

Pronunciado como (IPA)

/ˈɪntərˌnɛt/

Etimología (Inglés)

Borrowed from English Internet.

Oraciones

Internet bereikt echter een deel van de bevolking dat al geïnteresseerd is .

Sin embargo, Internet llega a parte de la población que ya está interesada.

Internet mag niet boven wetten en normen staan .

Internet no debe estar por encima de las leyes y estándares.

Door een probleem met het internet ben ik technisch werkloos .

Debido a un problema con Internet, estoy técnicamente desempleado.

Hetzelfde is van toepassing wanneer je legaal een film wilt downloaden uit het internet .

Lo mismo se aplica si desea descargar legalmente una película de Internet.

Vandaag maak ik het internet inclusiever.

Hoy hago que Internet sea más inclusivo.

Om op internet te komen moet je de kabel verbinden met de router .

Para ingresar a Internet, debe conectar el cable al enrutador.

Het internet heeft zich de laatste jaren tot een nieuwe , universele communicatievorm ontwikkeld .

Internet se ha convertido en una nueva forma de comunicación universal en los últimos años.