gebruiken

Significat (anglès)

Verb

1. (transitive) to use
2. (transitive) to consume, to eat or drink (food or drink)
3. (transitive) to consume (resources or goods)

Noun

plural of gebruik

Sinònims

benutten

aanwenden

toepassen

nuttigen

drinken

🥤

bikken

eten

🍽️

gebruik maken

verbruiken

aanpassen

vreten

geschikt maken

zich bedienen

hanteren

consumeren

uitbuiten

de keel smeren

ontnemen

opbrengen

opeten

opleggen

pakken

plaatsen

steken

stellen

stoppen

🛑

troop

uitmelken

verorberen

voordoen

voorzien

zetten

zeden

gewoonten

nassen

bezigen

utiliseren

tot zich nemen

aanbrengen

benemen

aandoen

aantrekken

aanzetten

behoeven

dineren

doen

doorvoeren

exploiteren

hoeven

in toepassing brengen

leggen

manieren

misbruiken

nemen

nodig hebben

onderscheppen

Amb guionet com

ge‧brui‧ken

Pronunciat com a (IPA)

/ɣəˈbrœy̯kə(n)/

Etimologia (anglès)

From Middle Dutch gebruken, from Old Dutch *gibrūkan. Equivalent to modern ge- + bruiken.

Sents

Je mag geen dubbele ontkenning gebruiken .

You are not allowed to use duplicate denials.

Ik vraag u dus het belsignaal nogmaals te gebruiken .

I would therefore ask you to ring the bell one more time.

Als je droge handen hebt moet je handcrème gebruiken .

If you have dry hands, you should use hand cream.

Leerkrachten gebruiken nog vaak het ouderwetse bord en krijt .

Teachers still often use the old-fashioned board and chalk.

We gebruiken woorden die niets betekenen en keuren richtlijnen goed die veronachtzaamd worden .

We are using words that have no meaning, adopting directives which are neglected.

Niet alle landen van de Europese Unie gebruiken de euro , maar alle landen die vanaf nu toetreden zijn wel verplicht om de euro in te voeren .

Not all countries of the European Union use the euro, but all countries that join from now on are obliged to adopt the euro.