zaak

Betekenis (Engels)

1. (feminine) a thing, matter (general term with for a concept other than animate beings)
2. (feminine) a matter, affair, business
3. (feminine) a business, commercial enterprise, store, shop
4. (feminine) a court case, law suit

Sinonieme

bedrijf

firma

winkel

aangelegenheid

onderneming

affaire

ding

nering

handelszaak

boetiek

voorwerp

handelsonderneming

zakenwereld

beslommering

corporatie

geval

kwestie

❓

maatschappij

mikpunt

object

onderwerp

rechtszaak

transactie

Vertalings

Sache

affaire

matter

entreprise

Angelegenheit

empresa

company

Unternehmen

companhia

affair

Geschäft

Laden

Gesellschaft

Uitgespreek as (IPA)

/zaːk/

Etimologie (Engels)

Geërf van Middle Dutch: sāke

Geërf van Old Dutch: *saka

Verwante met Engels: sake

Verwante met Fries: saak

Verwante met Nederduits: Saak

Verwante met Duits: Sache

Verwante met Jiddisj: זאַך

Verwante met Deens: sag

Verwante met Sweeds: -

Verwante met Noors: sak

Verwante met Goties: 𐍃𐌰𐌺𐌾𐍉

In summary

From Middle Dutch sāke, from Old Dutch *saka, from Proto-West Germanic *saku, from Proto-Germanic *sakō.
Cognate with English sake, West Frisian saak (“cause; business”), Low German Saak, German Sache (“thing; matter; cause; legal cause”), Yiddish זאַך (zakh), Danish sag, Swedish and Norwegian sak, Gothic 𐍃𐌰𐌺𐌾𐍉 (sakjō, “dispute, argument”).

Sinne

De zaak is heel belangrijk .

The issue is a very important one.

Ben je volkomen zeker van je zaak ?

Are you absolutely sure?

Ik zal dit onderzoeken , maar dit is geen persoonlijke zaak .

I shall look into the matter.

Dat is toch de meest normale zaak van de wereld .

That is the most normal thing in the world.

Dan nu de kern van de zaak .

I want to come back to the heart of the matter, however.

Dan nu over de zaak zelf: ik wil bij het laatste punt beginnen .

As regards the matter at hand, I would like to begin with the last point.