meter

Betekenis (Engels)

1. (masculine) meter (device that measures things or indicates a physical quantity)
2. (masculine) measurer (person who measures something)

Koppelteken as

me‧ter

Uitgespreek as (IPA)

/ˈmeːtər/

Etimologie (Engels)

From meten + -er.

Sinne

Hij loopt de honderd meter sneller dan iedereen op onze school .

He runs the hundred meters faster than anyone at our school.

Mijn peter en meter waren aanwezig bij mijn doopsel .

My godfather and meter were present at my baptism.

Ze zochten naar een blanke man van circa veertig jaar van één meter tweeënzeventig .

They were looking for a white man of about forty years of one meter seventy-two.