droef

Betekenis (Engels)

Adj

sad, miserable

Verb

1. (first-person, form-of, indicative, present, singular) inflection of droeven:
2. (form-of, indicative, present, second-person, singular) inflection of droeven:
3. (form-of, imperative) inflection of droeven:

droeven

to be sad, to sadden

Lees meer

Sinonieme

treurig

☹️

droevig

☹️

triest

smartelijk

zuur

zwaar

moeitevol

moeizaam

bedroevend

moeilijk

zeer

deerlijk

pijnlijk

bedroefd

triestig

verdrietig

☹️

rouwig

bedrukt

mistroostig

naargeestig

pessimistisch

rouw-

somber

sip

☹️

teneergelagen

Vertalings

doloroso

acıklı

doloroso

ağrılı

distressing

schmerzhaft

painful

aflitivo

afligido

bijan

douloureux

êşdar

dolorosa

biezyet

grevious

Uitgespreek as (IPA)

/druf/

Etimologie (Engels)

Geërf van Middle Dutch: droeve

Geërf van Old Dutch: *drōvi

Verwante met Engels: droff

Verwante met Duits: trüb

In summary

From Middle Dutch droeve, droue, from Old Dutch *drōvi, *druovi, from Proto-West Germanic *drōbī, from Proto-Germanic *drōbuz (“turbid”). Compare English droff and German trüb.